Nederlands (11/99)
Tijdens het lesgeven aan de technische staf van PSV kwamen we aan bij voetbaljargon.
Ik: Een bal van de zijkant, richting het strafschopgebied, noem je voorzet.
Niet ik: Voorzet?
Ik: Ja.
Niet ik: Twee lettergrepen? Waarom zo lang?
Niet ik vergelijkt de vertalingen in het Spaans en Engels.
Niet ik: Daar zeggen ze cross of cruza! Tegen de tijd dat je klaar bent met voorzet helemaal uit te spreken heeft de tegentander de wedstrijd al gewonnen en zitten ze in de bus terug naar huis.
Nederlands is niet altijd even praktisch…